Bij Enver hebben we veel verschillende hulpvormen, expertises en kennis in huis. Met elkaar werken we dagelijks aan het ondersteunen van kinderen, jongeren en gezinnen. Om een inkijkje in ons werk te geven delen we blogs geschreven door onze hulpverleners. Deze blog is geschreven door Mick Bevk, systeemtherapeut bij Enver.
Mentaliseren zorgt voor verbinding in gezinnen
Hoe help je gezinnen om weer te communiceren als er weinig verbinding is? Als er veel (oude) gekrenktheid, angst, boosheid en verdriet is? Bij alle gezinnen die naar het Gezinstrainingsprogramma (GTP) van Enver komen, is sprake van complexe problematiek. We hebben ons verdiept in de wereld van hechting en trauma en er ging een wereld voor ons open. We doen ons best om binnen de gezinnen de verbinding onderling te bevorderen. Daarbij is het helpen ontwikkelen van de vaardigheid van het mentaliseren van grote meerwaarde.
Mentaliseren
Mentaliseren is het leren kennen, herkennen en begrijpen van je eigen of andermans gedachten en gevoelens en ervaringen.
Als je jezelf mentaliseert, probeer je zo oprecht mogelijk na te gaan wat je zelf ervaart, denkt en voelt. Als je de ander mentaliseert, dan geef je naar aanleiding van jouw observaties van die persoon een interpretatie en vraag je of je hebt begrepen wat de ander wilde zeggen of vragen. Het is zoiets als reflecteren, maar in het begrip huist meer diepgang, meer gelaagdheid.
Als mensen beter leren mentaliseren leren zij beter te (h)erkennen wat ze zelf ervaren, voelen en denken, waar ze behoefte aan hebben en wat hun bedoelingen zijn. Ook leren ze beter te (h)erkennen wat anderen zouden kunnen denken, voelen bedoelen of wensen. Ze leren beter te begrijpen dat mensen in dezelfde situatie dezelfde gevoelens en gedachten kunnen hebben maar ook totaal andere gevoelens en gedachten kunnen worden opgeroepen bij een ander. Ze komen meer los van aannames en vooroordelen en worden weer nieuwsgierig naar zichzelf en naar de ander. En dat kan veel doen voor de gezinnen die wij helpen.
Gekwetstheid
In gezinnen waar er veel (oude) gekrenktheid, angst, boosheid, verdriet en weinig verbinding is, wordt namelijk vaak veel bij elkaar ingevuld en van elkaar aangenomen ‘als bekend’:
“Zij is het er vast weer niet mee eens”, “Hij zal wel weer niet mee willen” .
“Ik weet zeker dat hij het mij niet gunt”. “Dat doet zij alleen om mij dwars te zitten”.
“Ik weet zeker dat dit weer zo’n streek is waar ik straks de schuld van krijg”
Er is veel onderlinge afweer. Er is weinig echte nieuwsgierigheid meer naar elkaar. Je zou immers gekwetst kunnen worden… En de aanval is dan de beste verdediging. Het is mooi werk om bij te kunnen dragen aan meer verbinding en begrip binnen gezinnen. Gemakkelijk is het echter allerminst.
Heel veel oefenen
Want hoe ontwikkel je deze vaardigheid als hulpverlener en hoe help je gezinnen deze te ontwikkelen? Als je oprecht probeert jezelf uit te spreken over wat er in je leeft zonder aannames en vooroordelen, dan merk je hoe moeilijk dat is. Als je probeert de ander zo goed mogelijk te mentaliseren door oprecht nieuwsgierig te zijn, constateer je vaak dat je meer invult of aanneemt dan waar je je bewust van was.
Het is dan ook van belang dat je om te beginnen jouw eigen vaardigheden hierin aanscherpt. Je kunt de vaardigheid van het mentaliseren niet ontwikkelen als je niet present wil zijn. De therapeutische houding die gevraagd wordt is die van empathie, acceptatie en authenticiteit. Van ons, hulpverleners, vraagt het de focus op de vaardigheid van het mentaliseren zelf. Het blijkt vooral heel veel oefenen en veel reflecteren op wat je doet. De uitwisseling met collega’s is hierbij noodzakelijk.
Stilstaan
Van de gezinnen die wij helpen betekent het dat we vooral heel lang stilstaan bij kleine gebeurtenissen.
“Waarom denk je dat jouw kind dat dacht?” “Wat zag je aan jouw kind dat je dat denkt?” “Kunnen er andere opties zijn die dit gedrag ook verklaren?”
“Waarom riep dat gedrag van je kind zulke irritatie op?” “Wat dacht je allemaal?” “Wat voelde je?” “Dus je was boos én je schaamde je…” “Hoe is het om dat nu aan mij te vertellen?”
In de jeugdhulp moeten we leren verdragen dat volwassenen volwassen gevoelens, gedachten, bedoelingen en behoeften hebben maar niet altijd hebben altijd geleerd daar volwassen mee om te gaan. Eerder leek mij dat een beperkend uitgangspunt, nu zie ik dat meer als een uitdaging.
Ontdekkingstocht
We worden bepaald door onze gedachten, gevoelens, bedoelingen en behoeften. We moeten deze innerlijke wereld eerst goed leren kennen voor we er mee om kunnen gaan en er verantwoordelijkheid over kunnen gaan nemen. Als we niet mogen voelen, niet verlangen, wensen, het onszelf niet toestaan, dan wordt het pas echt ingewikkeld. Het komt er toch uit, maar dan vergroot of vervormd, we krijgen bijvoorbeeld buikpijn of geven anderen de schuld van ons gevoel van onbehagen.
Wij ondersteunen ouders hun innerlijke wereld te leren kennen en er zo mee om te gaan dat niet alleen zijzelf maar ook hun kinderen er beter van worden. En dat is een prachtige ontdekkingstocht.